 
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE
■ Verkeersveiligheid
Gebruik geen handtelefoon terwijl u een auto bestuurt. Bewaar de telefoon altijd in de 
houder; leg de telefoon niet op de passagiersstoel of op een plaats waar de telefoon los kan 
raken bij een botsing of wanneer u plotseling moet remmen.
Verkeersveiligheid heeft altijd voorrang!
■ Gebruiksomgeving
Houd u aan speciale voorschriften die in een bepaald gebied van kracht zijn en schakel de 
telefoon altijd uit op plaatsen waar het verboden is deze te gebruiken of waar het gebruik 
ervan storing of gevaar kan veroorzaken.
Maak alleen normaal gebruik van de telefoon.
Bepaalde delen van de telefoon zijn magnetisch. Metalen voorwerpen kunnen worden 
aangetrokken door de telefoon. Personen met een gehoorapparaat moeten de telefoon niet 
tegen het oor met het gehoorapparaat houden. Klik de telefoon altijd goed vast in de houder. 
De hoofdtelefoon kan worden aangetrokken door metalen voorwerpen. Houd creditcards en 
andere magnetische opslagmedia uit de buurt van de telefoon, omdat de gegevens op deze 
media kunnen worden gewist.
■ Elektronische apparaten
De meeste elektronische apparatuur is beschermd tegen radiofrequentiesignalen (RF-
signalen). Het is echter mogelijk dat bepaalde elektronische apparaten niet beschermd zijn 
tegen de RF-signalen van de draadloze telefoon.
 
BELANGRIJKE VEILIGHEIDS
INFORMATIE
205
Copyright
©
2004 Nokia. All rights reserved.
Pacemakers
Fabrikanten van pacemakers adviseren dat er minimaal 20 cm afstand moet worden 
gehouden tussen een draadloze handtelefoon en een pacemaker om mogelijke storing van 
de pacemaker te voorkomen. Deze aanbevelingen komen overeen met het onafhankelijke 
onderzoek en de aanbevelingen van Wireless Technology Research. Voor mensen met een 
pacemaker geldt het volgende:
•
Houd de telefoon op meer dan 20 cm afstand van uw pacemaker als de telefoon is 
ingeschakeld;
•
Draag de telefoon niet in een borstzak;
•
Houd de telefoon bij het oor aan de andere zijde van het lichaam dan waar de pacemaker 
zich bevindt om de kans op storing te minimaliseren.
•
Als u denkt dat er storing optreedt, moet u de telefoon onmiddellijk uitschakelen.
Gehoorapparaten
Sommige digitale draadloze telefoons kunnen storing in bepaalde gehoorapparaten 
veroorzaken. Als u last hebt van dergelijke storing, kunt u contact opnemen met uw 
netwerkexploitant.
Andere medische apparatuur
Het gebruik van radiozendapparatuur, dus ook van mobiele telefoons, kan storing 
veroorzaken bij het functioneren van onvoldoende beschermde medische apparatuur. 
Raadpleeg een arts of de fabrikant van het medische apparaat om vast te stellen of het 
apparaat voldoende is beschermd tegen externe RF-energie of als u vragen hebt. Schakel de 
telefoon uit in instellingen voor gezondheidszorg wanneer dat voorgeschreven wordt. 
Ziekenhuizen en andere instellingen voor gezondheidszorg kunnen gebruik maken van 
apparatuur die gevoelig is voor externe RF-energie.
 
Copyright
©
2004 Nokia. All rights reserved.
206
Voertuigen
RF-signalen kunnen van invloed zijn op elektronische systemen in gemotoriseerde 
voertuigen die verkeerd geïnstalleerd of onvoldoende beschermd zijn (bijvoorbeeld 
elektronische systemen voor brandstofinjectie, elektronische antislip-remsystemen (of 
antiblokkeer-remsystemen), systemen voor elektronische snelheidsregeling, 
airbagsystemen). Raadpleeg de fabrikant van uw voertuig of een vertegenwoordiger van de 
fabrikant voor meer informatie. Raadpleeg ook de fabrikant van eventueel in uw auto 
geïnstalleerde apparatuur.
Borden
Schakel de telefoon uit in gebouwen waar dit door middel van borden wordt gevraagd.
■ Explosiegevaarlijke omgevingen
Schakel de telefoon uit als u op een plaats met explosiegevaar bent en volg alle 
aanwijzingen en instructies op. Vonken kunnen op dergelijke plaatsen een explosie of brand 
veroorzaken, waardoor er gewonden of zelfs doden kunnen vallen.
Gebruikers wordt geadviseerd om de telefoon uit te schakelen in benzinestations. Gebruikers 
worden gewezen op de noodzaak om zich te houden aan de beperkingen van het gebruik van 
radioapparatuur in brandstofopslagplaatsen, chemische fabrieken of op plaatsen waar met 
explosieven wordt gewerkt.
Plaatsen met explosiegevaar zijn vaak, maar niet altijd, duidelijk gemarkeerd. Dergelijke 
plaatsen zijn onder andere scheepsruimen, chemische overslag- of opslagplaatsen, 
voertuigen die gebruik maken van LPG (onder andere propaan of butaan), gebieden waar de 
lucht chemicaliën of fijne deeltjes van bijvoorbeeld graan, stof of metaaldeeltjes bevat en 
andere plaatsen waar u gewoonlijk wordt geadviseerd de motor van uw auto af te zetten.
 
BELANGRIJKE VEILIGHEIDS
INFORMATIE
207
Copyright
©
2004 Nokia. All rights reserved.
■ Voertuigen
De telefoon mag alleen door bevoegd personeel worden onderhouden of in een auto worden 
gemonteerd. Ondeskundige installatie of reparatie kan gevaar opleveren en de garantie die 
eventueel van toepassing is doen vervallen.
Controleer regelmatig of de draadloze-telefoonapparatuur in uw auto nog steeds goed is 
bevestigd en naar behoren functioneert.
Zorg ervoor dat de telefoon, onderdelen ervan of bijbehorende accessoires zich niet in 
dezelfde ruimte bevinden als brandbare vloeistoffen, gasvormige materialen of explosieven.
Voor auto's met een airbag geldt dat de airbag met zeer veel kracht wordt opgeblazen. Zet 
geen voorwerpen, dus ook geen geïnstalleerde of draagbare draadloze apparatuur, in de 
ruimte boven de airbag of waar de airbag wordt opgeblazen. Als draadloze apparatuur niet 
goed is geïnstalleerd in de auto kan dit ernstige verwondingen veroorzaken als de airbag 
wordt opgeblazen.
Het is verboden de telefoon in een vliegtuig te gebruiken. Schakel de telefoon uit voordat u 
een vliegtuig binnengaat. Het gebruik van draadloze telefoons kan gevaarlijk zijn voor de 
werking van het vliegtuig en kan het draadloze telefoonnetwerk verstoren. Bovendien kan 
het in strijd met de wet zijn.
Het negeren van deze voorschriften kan ertoe leiden dat de overtreder het gebruik van 
telefoondiensten (tijdelijk) wordt ontzegd en/of dat gerechtelijke stappen worden 
ondernomen.
 
Copyright
©
2004 Nokia. All rights reserved.
208
■ Alarmnummer kiezen
Belangrijk: Zoals alle draadloze telefoons maakt ook deze telefoon gebruik van 
radiosignalen, draadloze netwerken en kabelnetwerken en door de gebruiker 
geprogrammeerde functies. Hierdoor kunnen verbindingen niet onder alle 
omstandigheden worden gegarandeerd. Het is daarom van groot belang dat u 
nooit alleen vertrouwt op een draadloze telefoon voor het tot stand brengen van 
essentiële communicatie (bijvoorbeeld bij medische noodgevallen).
Het is mogelijk dat in sommige draadloze telefoonnetwerken of wanneer bepaalde 
netwerkdiensten en/of telefoonfuncties in gebruik zijn, geen alarmnummers 
kunnen worden gebeld. Neem voor meer informatie contact op met uw 
netwerkexploitant.
Een alarmnummer kiezen:
1. Schakel de telefoon in als dat nog niet is gebeurd. Controleer of de ontvangst van het
signaal sterk genoeg is.
In sommige netwerken kan een geldige, correct geplaatste SIM-kaart noodzakelijk zijn.
2. Druk zo vaak als nodig is op
(bijvoorbeeld om een gesprek te beëindigen, een menu
af te sluiten, enzovoort) om het scherm leeg te maken en de telefoon gereed te maken 
voor een oproep. 
3. Toets het alarmnummer in voor het gebied waar u zich bevindt (bijvoorbeeld 112 of een
ander officieel alarmnummer). Alarmnummers verschillen van land tot land.
4. Druk op de toets
.
Als u bepaalde functies gebruikt, is het mogelijk dat u deze functies moet uitschakelen 
voordat u een alarmnummer kunt kiezen. Voor meer informatie hierover raadpleegt u deze 
handleiding of de exploitant van uw telefoonnetwerk.
 
BELANGRIJKE VEILIGHEIDS
INFORMATIE
209
Copyright
©
2004 Nokia. All rights reserved.
Vergeet niet bij het bellen van een alarmnummer alle noodzakelijke informatie zo 
nauwkeurig mogelijk te omschrijven. Uw draadloze telefoon is mogelijk het enige 
communicatiemiddel op de plaats van een ongeluk; verbreek de verbinding niet voordat u 
daarvoor toestemming hebt gekregen.
■ Informatie over certificatie (SAR)
DIT TYPE TELEFOON VOLDOET AAN DE EISEN DIE DE EUROPESE UNIE HANTEERT VOOR 
BLOOTSTELLING AAN RADIOGOLVEN.
Deze mobiele telefoon is een radiozender en -ontvanger. Het apparaat is ontworpen en 
geproduceerd in overeenstemming met de limieten voor blootstelling aan 
radiofrequentiesignalen (RF-signalen) die worden aanbevolen door de raad van de Europese 
Unie. Deze beperkingen maken deel uit van uitgebreide richtlijnen en definiëren het 
toegestane niveau voor RF-energie voor de algemene bevolking. Deze richtlijnen zijn 
ontwikkeld door onafhankelijke wetenschappelijke organisaties door middel van periodieke 
en grondige evaluaties van wetenschappelijke studies. In deze beperkingen is een grote 
veiligheidsmarge ingebouwd om de veiligheid van alle personen te kunnen waarborgen, 
ongeacht de leeftijd of gezondheidstoestand.
De standaard voor blootstelling aan mobiele telefoons wordt uitgedrukt in de maateenheid 
SAR (Specific Absorbtion Rate). De raad van de Europese Unie beveelt een SAR-limiet van 
2,0W/kg aan.* Bij tests voor SAR worden de standaardposities gebruikt. De telefoon gebruikt 
tijdens de tests in alle frequentiebanden het hoogst toegestane energieniveau. Doordat de 
SAR wordt bepaald op het hoogst toegestane energieniveau, kan het werkelijke SAR-niveau 
van de telefoon tijdens gebruik sterk lager liggen dan de maximumwaarde. Dit komt doordat 
de telefoon is ontworpen voor gebruik bij verschillende energieniveaus, zodat niet meer 
energie wordt gebruikt dan nodig is om verbinding te maken met het netwerk. Over het 
algemeen geldt dat hoe dichter u zich bij een zendmast bevindt, hoe minder energie er wordt 
gebruikt.
 
Copyright
©
2004 Nokia. All rights reserved.
210
Voordat een telefoon op de markt komt, moet eerst worden aangetoond dat deze voldoet 
aan de Europese R&TTE-richtlijn. Deze richtlijn bevat één essentiële vereiste en dat is de 
bescherming van de gezondheid en de veiligheid van de gebruiker en alle andere personen. 
De hoogste SAR-waarde die voor dit telefoonmodel is bereikt tijdens tests voor gebruik 
naast het oor is 0,82 W/kg. Hoewel er verschillen kunnen zijn tussen de SAR-niveaus van 
verschillende telefoons en bij verschillende posities, voldoen deze allemaal aan de eisen van 
de Europese Unie op het gebied van blootstelling aan radiogolven
Dit product voldoet aan de richtlijnen voor blootstelling aan RF-signalen wanneer het op 
normale wijze tegen het oor wordt gehouden of wanneer het zich op een afstand van 
minimaal 2,2 cm van het lichaam bevindt. Wanneer het product op het lichaam wordt 
gedragen in een etui, riemclip of houder, moeten deze hulpmiddelen geen metaal bevatten 
en moet het product zich op een afstand van minimaal 2,2 cm van het lichaam bevinden.
*De SAR-limiet die voor mobiele telefoons voor het publiek wordt gehanteerd, is 2,0 watt/
kilogram (W/kg) evenredig verdeeld over tien gram weefsel. In de limiet is een aanzienlijke 
veiligheidsmarge ingebouwd, voor extra bescherming en om eventuele meetvariaties te 
ondervangen. SAR-waarden kunnen variëren, afhankelijk van nationale rapportage-eisen en 
de netwerkband. Meer informatie over SAR in andere regio's kunt u vinden onder Product 
information op de website van Nokia op www.nokia.com.